Boekenlijst 6 VWO (1985)
Boekenlijst Nederlands, Revius Lyceum, Doorn
Godi Dijkman, klas AB6-1; examennr.34; woensdag 20 maart 1985, 14.50 uur; docent Nederlands: Henk van Viegen
eindcijfer Nederlands: 10
boekenlijst V5-5: tot 1880
- Karel Ende Elegast
- Beatrijs
- G.A. Bredero - Klucht van de Koe (1612)
- P.C. Hooft – Warenar (1617)
- Pieter Langendijk - Het Wederzijds Huwelijksbedrog (1711)
- Hendrik Consciense - De Leeuw van Vlaanderen (1838)
- Hildebrand - Camera Obscura (1839) selectie verhalenbundel: De familie Stastok; een Oude Kennis; De familie Kegge
- Multatuli - Max Havelaar (1859)
boekenlijst AB6-1: van 1880-1984
- Frans Coenen - Zondagsrust (1902)
- Herman Heijermans - Schakels, vrolijk spel van de huiselijke haard in vier bedrijven; toneelstuk (1903)
- Ina Boudier-Bakker - Armoede (1909)
- Reinier van Genderen-Stort - Kleine Inez (1925)
- H. Marsman - De dood van Angèle Degroux (1933)
- Antoon Coolen - De drie Gebroeders (1936)
- Arthur van Schendel - De Grauwe Vogels (1937)
- Arthur van Schendel - De Zeven Tuinen (1939)
- Martinus Nijhoff - Lees Maar, Er Staat Niet Wat Er Staat; keuze uit oorspronkelijke gedichten van 1916 - 1954 (druk: 1959)
- Theun de Vries - Kenau (1946)
- Marnix Gijsen - De Vleespotten van Egypte (1950)
- Marnix Gijsen - Klaaglied om Agnes (1951)
- Hugo Claus - De Metsiers (1950)
- Gerrit Kouwenaar - Ik was geen Soldaat (1951)
- Harry Mulisch - De Knop (toneelstuk, 1960)
- Hella Haasse - Cider voor arme Mensen (1960)
- Jan Wolkers - Gesponnen 8uiker (1963)
- Ward Ruyslinck - Het Reservaat (1964)
- Clarissa Jacobi - De Donkere bril (1968)
- Maarten ‘t Hart - Stenen voor een Ransuil (1971)
- Maarten ‘t Hart - Ratten (studie, 1973)
- Maarten ‘t Hart - Ik had een Wapenbroeder (1973)
- Maarten ‘t Hart - Het Vrome Volk (1974)
- Maarten ‘t Hart - De Kritische Afstand (essays, 1976)
- Maarten ‘t Hart - Ongewenste Zeereis (essays, 1976)
- Maarten ‘t Hart & o.a. Midas Dekkers - Natuurlijke Historie (essays, 1976)
- Anton Koolhaas - Een Kind in de Toren (1977)
- Maarten ‘t Hart - Mammoet op Zondag (1977)
- Maarten ‘t Hart - Laatste Zomernacht (1977)
- Maarten ‘t Hart - Een Vlucht Regenwulpen (1978)
- Maarten ‘t Hart - De Stekelbaars (studie, 1978)
- Maarten ‘t Hart - De Som van Misverstanden (essays, 1978)
- Maarten ‘t Hart - De Aansprekers (1979)
- Maarten ‘t Hart - De Droomkoningin (1980)
- Gerard Reve - Moeder en Zoon (1980)
- Maarten ‘t Hart - De Zaterdagvliegers (1981)
- Jan Siebelink - En joeg de vossen door het staande koren (1982)
- Maarten ‘t Hart - De Vrouw bestaat niet (essays, 1982)
- Maarten ‘t Hart - De Kroongetuige (1983)
- Maarten ‘t Hart - Het Eeuwige Moment (essays, 1983)
- Maarten ‘t Hart - De Ortolaan (1984)
- Jan Siebelink - De Hof van Onrust (1984)
- Maarten ‘t Hart - Het Roer kan nog zesmaal om (1984)
speciale onderwerpen
A) Maarten ‘t Hart - gelezen: "alles"
B) De rol van de Christelijke Godsdienst in de Nederlandse literatuur
Martinus Nijhoff
Dichtbundel: Lees maar, er staat niet wat er staat (1972). Keuze uit oorspronkelijke gedichten. Hier volgen zes gedichten met als gemeenschappelijk thema: De Moeder-figuur.
- Herinnering (uit: "De Wandelaar")
- Moeder (uit: "De Wandelaar")
- De Kerstboom (uit: "Vormen")
- De Wolken (uit: "Vormen")
- Aan Een Graf (uit: "Nieuwe Gedichten")
- De Moeder De Vrouw (uit: "Nieuwe Gedichten")
Herinnering (1916) |
Moeder (1916) |
Moeder, je weet nog hoe vroeger Toen ik klein was, wij tezaam Iedren nacht een liedje, moeder, Zongen voor het raam? | We liepen samen dikwijls langs de stranden Als 't avond werd. Dan zong ze naast de zee - Ik, kleine jongen, die haar stem zoo kende, Ik hield haar hand en zong de liedjes mee. |
Moe gespeeld en moe gezongen, Zat ik op uw schoot, en dacht, In mijn nachtgoed, kleine jongen, Aan 't geheim der nacht. | Een klein wit vrouwtje, met nerveuse handen En steeds bewegend, steeds bewegend hart - Wij wisten dat in haar geleden werd, Dat zij het leven kende, en 't voelde branden. |
Want als wij dan gingen zingen 't Oude, altijd-eendre lied, Hoe God alle, alle dingen, Die wij doen, beziet, | Ze ligt in 't graf met het gelaat naar boven. Donkere moeder, wieg haar lichaam warm, Zie, als een kind ligt zij naakt in uw schoot - |
Hoe zijn eeuw'ge, grote wond'ren Steeds beschermend om ons zijn, - Nimmer zong je, moeder, zonder 'n Beven dat refrein – | Zachter dan 't leven zij haar de eeuw'ge dood, Die menschen eenzaam maakt en stil en arm - Maar die het witte zonlicht niet kan dooven. |
Dan zag ik de sterren flonk'ren En de maan door wolken gaan, D’0ude nacht met wijze, donkre Ogen voor me staan. |